De overdracht van familiebedrijven naar de volgende generatie is een proces met veel haken en ogen. Dat begint met de vraag wie de ‘familie’ is en welke plaats het bedrijf in de familie inneemt. Bij het doorlopen van dit proces komen op enig moment ook de financiële en fiscale consequenties in beeld. Vaak is hierbij de BOR de meest passende regeling om gebruik van te maken. De realiteit is echter dat de BOR niet altijd past omdat de voorwaarden waaraan moet worden voldaan te knellend kunnen zijn. In die situaties moeten andere oplossingsrichtingen verkend worden. Uiteraard komen de andere oplossingsrichtingen ook in beeld door de zorg over een versobering of zelfs afschaffing van de BOR. 

Een van de andere oplossingsrichtingen is de cumpref structuur. VANDERSTELT vroeg fiscalist Olaf Leurs van KPMG Meijburg naar zijn visie, toelichting en aandachtspunten. 

VANDERSTELT - Publicaties - Olaf Leurs

 

 Wat houdt de cumpref structuur in? 

“De cumpref structuur maakt gebruik van cumulatie preferente aandelen en wordt al decennialang toegepast in opvolgingsstructuren. De basisgedachte achter een cumpref structuur is dat de huidige waarde van de onderneming wordt ‘vastgeklikt’ in de cumulatief preferente aandelen. Over deze cumulatief preferente aandelen wordt jaarlijkse een vaste dividendvergoeding (het cumpref percentage) vergoed. Daartoe worden de bestaande aandelen omgezet in cumprefs waarbij tegelijkertijd nieuwe normale aandelen worden uitgereikt aan de kinderen. Aangezien de gehele waarde van de onderneming is verankerd in de cumprefs zijn die nieuwe aandelen niks waard. Als naar de toekomst toe het rendement van de onderneming groter is dan het cumpref percentage, worden de normale aandelen iets waard en verschuift er op die manier waarde naar de volgende generatie.”, legt Olaf uit. 

VANDERSTELT - Publicaties - Quote

 

Welke fiscale voordelen brengt de cumpref structuur? 

Olaf: “De cumpref structuur wordt al decennia toegepast omdat het een manier is om kinderen mee te laten profiteren van de groei van de waarde van de onderneming. Belangrijk is dat het omzetten van de bestaande aandelen in cumprefs geen AB heffing veroorzaakt. Daarvoor is vereist dat de cumprefs kunnen worden ‘vereenzelvigd’ met de bestaande aandelen. Met andere woorden het omruilen van de normale aandelen voor cumprefs gaat alleen geruisloos als de cumprefs alle waarde vertegenwoordigen die in de oude aandelen zat. Is dat niet zo, dan zal de belastingdienst stellen dat de oude aandelen zijn verkocht en zal er afgerekend moeten worden over de waarde van die aandelen tegen het AB tarief. Daarnaast kan het te laag waarderen van de cumprefs ertoe leiden dat er een vermogensverschuiving met schenkingselement van de ouders naar de kinderen optreedt.”

VANDERSTELT - Publicaties - Cumpref

5 fiscale tips en aandachtspunten 

Waar moet rekening mee worden gehouden bij het gebruik van de cumpref structuur? 

1. De waarde van de onderneming 

Een belangrijk onderdeel van een cumpref structuur is de waarde van de onderneming. De waarde moet nauwkeurig worden vastgesteld. Anders is de omzetting namelijk niet geruisloos en kan er schenkbelasting verschuldigd zijn. In de praktijk wordt deze waarde in 90% van de gevallen afgestemd met de belastingdienst. Als de belastingdienst akkoord gaat met de waarde is het fiscale risico geëlimineerd, wat de structuur een stuk zekerder maakt. Uiteraard zal de belastingdienst een uitgesproken mening hebben over de waarde en dit leidt vaak tot stevige discussies. Het familiebedrijf moet hier goed op voorbereid zijn en hiervoor is een gedegen waarderingsrapport cruciaal. De tijd dat de waarde van het bedrijf op de achterkant van een sigarenkistje werd berekend, is echt al lang voorbij. 

2. Het cumpref percentage 

Het tweede element in de onderhandelingen met de belastingdienst is het cumpref percentage. De waarde en het cumpref percentage zijn qua impact communicerende vaten. In het verleden hanteerde de belastingdienst vaste percentages (vaak 6-7 %) in dit soort discussies, maar tegenwoordig wordt ook hier een goede onderbouwing vereist waarbij het niet meer ongebruikelijk is dat percentages van boven de 10% worden gehanteerd. 

3. Ook kinderen moeten eigen vermogen inleggen 

Als er overeenstemming is met de belastingdienst over de waarde van de aandelen en over de hoogte van het cumpref percentage, zouden de nieuwe normale aandelen die aan de kinderen worden uitgereikt geen waarde meer moeten hebben. De belastingdienst stelt echter dat die aandelen altijd een zekere verwachtingswaarde hebben. Anders gezegd: de belastingdienst accepteert niet dat het voor de kinderen een loterij-zonder-nieten is. In vooroverleg wordt door de belastingdienst geëist dat de kinderen toch enig vermogen inleggen. In de structurering moet hier rekening mee worden gehouden. Dit kan door de kinderen middels schenkingen van dit vermogen te voorzien. Met enige spreiding kunnen kinderen tegen 10% schenkbelasting al snel tot een substantiële inbreng komen. 

4. Overdrachtsbelasting 

Als de onderneming vastgoed bezit dan moeten de gevolgen voor de overdrachtsbelasting niet vergeten worden. Bij een normale onderneming waar ook een bedrijfspand in zit, zal dit niet snel tot problemen leiden, maar bij een vastgoedonderneming kan sprake zijn van een artikel 4 WBR-lichaam en dan kan de overdrachtsbelasting (intussen gestegen tot 10,4%) een behoorlijk struikelblok zijn.

5. De belastingdienst 

Zoals gezegd wordt een cumpref structuur vaak afgestemd met de belastingdienst. De realiteit is echter dat dat tegenwoordig niet meer in alle gevallen lukt. De vraag is of een cumpref structuur dan ook uitgevoerd kan worden zonder afstemming. KPMG Meijburg is van mening dat er zeker situaties zijn waarin het zonder afstemming kan, mits er voldoende aandacht wordt besteed aan de onderbouwing en de uiteindelijke uitvoering. Het grootste directe fiscale risico is dat de omzetting van de normale aandelen in cumprefs leidt tot Aanmerkelijk Belang (AB) heffing. Dat risico is af te dekken door niet de aandelen die in privé gehouden worden, om te zetten, maar gebruik te maken van een personal holding. Als de ouders de aandelen in het familiebedrijf houden via een personal holding, kunnen de aandelen die de personal holding houdt in het familiebedrijf worden omgezet. De omzetting kan dan nooit AB heffing veroorzaken over de gehele waarde van de onderneming. 

Uiteraard speelt dan nog potentiele AB heffing en schenkbelasting, maar dat gaat hooguit om het verschil in waarde in het geval de belastingdienst van mening is dat de cumprefs een te lage waarde hebben (of het cumpref percentage te laag is). Dat risico kan grotendeels afgedekt worden door extra aandacht te geven aan het waarderen van de onderneming. Hierbij kunt u denken aan het inschakelen van twee onafhankelijke waarderingsexperts die beiden een goed onderbouwd rapport opstellen. Tot slot kan een fiscale glijclausule gehanteerd worden om de waarde aan te passen als de belastingdienst (of de rechter) toch vindt dat er een te lage waarde is gehanteerd. 

VANDERSTELT - Publicaties - Olaf Leurs

De BOR blijft het meest voor de hand liggende middel om tot een bedrijfsoverdracht te komen. Toch kan een cumpref structuur ook uitkomst bieden, zeker als er ruimte is voor planning op lange termijn. Een goed uitgevoerde cumpref structuur die tien jaar of langer kan bestaan, kan heel goed werken. Bedenk daarbij dat de cumprefs zelf ook nog met toepassing van de BOR zouden kunnen worden geschonken of vererfd. 

KPMG Meijburg is een zelfstandige member firm in het wereldwijde KPMG-netwerk en sinds haar oprichting in 1939 een toonaangevende belastingadvies organisatie in Nederland. KPMG biedt hoogwaardige dienstverlening op het gebied van Audit en Advisory. Volgens KPMG is vooruitgang pas echt vooruitgang als die goed is voor mens en maatschappij. 

Fiscalist Olaf Leurs van KPMG Meijburg is mede auteur van het op 2 april 2021 verschenen rapport ‘Onderzoek effecten afschaffing bedrijfsopvolgingsregelingen’. www.meijburg.nl

Vond u dit artikel interessant? Abonneer op ons E-Magazine!